Nieuws week 6 – 2011
Ziekte, opzegverbod, geen schending re-integratieverplichtingen.
Werkneemster is op 17 juli 2006 in dienst getreden bij werkgeefster. De laatstelijk uitgeoefende functie is die van locatiecoördinator. Werkneemster is op 12 oktober 2009 uitgevallen wegens ziekte. In maart 2010 is zij op arbeidstherapeutische basis teruggekeerd bij werkgeefster. Werkneemster is in juli 2010 voor 60% arbeidsgeschikt verklaard. Zij kan haar eigen werkzaamheden beperkt uitvoeren. Werkneemster zou uiteindelijk haar eigen werkzaamheden weer volledig oppakken.
Op 13 september 2010 heeft werkneemster zich opnieuw ziek gemeld. Werkgeefster heeft haar op 9 november 2010 opgeroepen om passend werk te gaan verrichten. Werkneemster acht dit werk, nadat zij dit slechts één dag had uitgevoerd, niet passend.
Omdat partijen van mening verschillen over de inspanningen die zij moeten verrichten ten aanzien van de re-integratie, heeft de werkneemster een deskundigenoordeel aangevraagd. Het UWV heeft geoordeeld dat werkneemster onvoldoende inspanningen heeft verricht.
In plaats van dit gebrek te herstellen, verzoekt werkgeefster om ontbinding van de arbeidsovereenkomst omdat zij van mening is dat werkneemster niet meer in haar eigen functie kan terugkeren.
De kantonrechter concludeert dat partijen van mening zijn dat werkneemster nog altijd 40% arbeidsongeschikt wegens ziekte is. Vervolgens concludeert de kantonrechter dat er nog geen twee jaar zijn verlopen na de eerste arbeidsongeschiktheidsdag wegens ziekte. Het verzoek is dan ook binnen de tweejaarstermijn, de duur van het opzegverbod, ingediend.
Werkgeefster heeft gesteld dat het opzegverbod dient te worden gepasseerd omdat de eigen functie van werkneemster niet meer passend is en werkgeefster geen andere passende functie heeft voor werkneemster.
De kantonrechter oordeelt dat dit geen omstandigheid is die ontbinding van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigt. In het kader van de wet Verbetering Poortwachter ligt het op de weg van werkgeefster om werk met de werkneemster te richten op re-integratiemogelijkheden in het tweede spoor. Werkgeefster dient werkneemster te begeleiden naar een andere passende functie buiten haar onderneming.
Re-integratie in het tweede spoor is niet aan de orde indien werkneemster zonder deugdelijke grond niet meewerkt aan haar re-integratie. In dat geval kan werkgeefster eventueel ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzoeken. Omdat deze situatie hier niet aan de orde is, wordt het verzoek tot ontbinding afgewezen.
(Kantonrechter Assen, 2 februari 2011, LJN BP3842)